Ik voel me een beetje grieperig en het enige dat ik gisteren gedaan heb is op de bank liggen en naar de zender E-entertainment kijken. Ik maak er geen geheim van dat ik graag naar realitysoaps kijk. Ik vraag me weleens af of ik de enige ben van mijn leeftijd die van dit onschuldige amusement houd. Zo volgde ik The Girls of the Playboy Mansion. Hugh Hefner had drie vriendinnen die bij hem woonden. Holly was de hoofdvrouw en wilde niets liever dan met Hef (83 jaar) trouwen en kinderen krijgen. Maar Hef hield de boot af. Hij heeft twee zonen uit een eerder huwelijk met een play-mate. Twee slungelige pubers met grote neuzen die later papa´´s business over willen nemen. Zij zijn opgegroeid tussen de siliconen borsten en nosejobs en kennen niets anders dan bloedmooie vrouwen. Toen duidelijk werd dat Hef niet van plan was zich te binden, vertrok Holly naar Las Vegas. De andere girl, Kendra trouwde met een footballspeler Hank, een ontzettende aardige reus en heeft een schat van een baby, Hank jr, die nooit huilt. Holly en Kendra hebben nu hun eigen programmaatje. Wat al die L.A. girls gemeen hebben is een homoseksuele vriend of vrienden die voor hen door het vuur gaan. Ze helpen met de carrière, gaan mee shoppen, geven modetips of huilen uit bij hun vriendin. Elk telefonisch gesprek wordt beëindigd met I love you, I love you too. Wat een sentimenteel geslijm, zou je kunnen denken, maar het komt oprecht over. Gisteren keek ik naar een Hollymarathon, ik was niet in de stemming om Moby Dick te lezen. Een van haar roommates zat te stoken. Ze zei tegen haar andere vriendinnen dat Holly moest afvallen en eigenlijk al over haar houdbaarheidsdatum heen was. Die griet had zo´n Amerikaans kinderstemmetje. Terwijl Holly een hele genereuze meid is.
Daar zat ik dus de hele dag naar te kijken. Naar mooie mensen. Als je dan overschakelt naar de KRO en al die Hollandse koppen ziet, sta je in een klap weer in de werkelijkheid. Spiegels vermijd ik voorlopig.
Het was een uur of 5 (17.00) en ik dacht: ´ Laat ik een glaasje wijn nemen, misschien knap ik daar van op.´ Na twee glaasjes kreeg ik ruzie met mijn huisgenoot. Ik wist dat ik irritant bezig was maar ik moest gewoon gelijk krijgen. En ik kreeg het niet, dus eindigde ik het gebekvecht met: ´ Verdomme, waarom heb ik nooit iemand van mijn niveau om mee te praten. Iedereen is dommer dan ik.´ En ik geloofde het op dat moment ook nog.