vrijdag 30 juli 2010


Het is weer tijd voor de zwarte luis

Het zwaluwstel gaf hun jong vliegles boven de hoofden van Bob en Apie. Ik merkte het te laat toen Bob opgewonden binnen kwam rennen met de kleine in zijn bek. Hij holde met het beestje de trap af, de keuken in, daarna rende hij weer naar boven en legde het vogeltje op het kleed. Het lag ondersteboven, verlamd van angst. Ik werd gelijk opgezadeld met een dilemma. Als ik het zwaluwtje redde, zou het misschien toch een akelige dood sterven. Maar ik wilde ook niet wachten tot Bob het de genadebeet zou geven. Katten spelen eerst eindeloos met zo´n hulpeloos vogeltje. ´Bemoei je er toch niet mee´, riep HS, ´het is de natuur.´ Me reet, het is mijn natuur vogeltjes te redden uit de klauwen van roofdieren. Het beestje begon te fladderen en kroop achter de bank. Zo te zien mankeerde het nog niets. Dus pakte ik het op en zette het terug op het terras. Zijn ouders vlogen ondertussen in paniek over mijn hoofd. Met veel moeite wist ik Bob binnen te houden. Die moest door het glas toezien hoe het vogeltje amechtig hijgend bij zinnen probeerde te komen. Bob was woest op mij. Gelukkig kwam het zwaluwtje bij en vloog weg.
Vogels hebben geen last van herinneringen. De volgende dag zat moeder zwaluw aan de overkant haar jong aan te moedigen tot vliegen. De kleine zat naast ons op het dak. Vader trippelde over de steiger. Bob en Apie keken ademloos toe. Het lijkt wel of de vogels katten niet in de gaten hebben. Ze reageren wel op mensen. Dus loop ik regelmatig het terras op zodat onze gevederde vrienden weten dat er gevaar dreigt. Gisterochtend zat een moedermusje op haar gemak haar mollige jong te voeren. Op de balustrade. Bob lag gelukkig in een diepe slaap beneden in de slaapkamer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten